Tennisclub

TENNISCLUB
Geschreven door Kees van het Duin

Met het populair worden van tennis in de jaren 20 van de vorige eeuw kreeg ook het dorp een tennisclub. Deze was gelegen aan de andere kant van de grote weg, die het dorp in tweeën deelde.
Aan de ene kant woonde het Plebs en aan de andere kant de gegoede burgers. Het was direct duidelijk waar de tennisbaan moest komen; niet tussen de fabrieksarbeiders natuurlijk. Dus kwam die tennisbaan in de villawijk. De directeur van de plaatselijke melkfabriek, de notaris, de arts, de rector van de middelbare school; allen konden ze zomaar lid worden.
Zo niet de afdelingschef van de plaatselijk melkfabriek. Er werd een ballotagecommissie bij de tennisclub ingesteld, waar deze chef zich schoorvoetend moest vervoegen. Hij wilde alleen maar een balletje slaan. Maar, nu werd hem met forse aardappel in de keel tijdens de hoorzitting van de commissie de vraag gesteld wat zijn bijdrage wel zou zijn aan de net geopende sjieke Lawn Tennis Club. Hij was tenslotte maar een chefje van discutabel allooi. Hij mocht evenwel geen lid worden.
Wel mocht hij, als introducee van de club, af en toe een balletje slaan met zijn directeur. Daar was het bestuur van de tennisclub niet zo blij mee, bang als ze waren voor de verloedering van ‘hun’ club. Maar aangezien die directeur van de melkfabriek ook in het bestuur zat, werd hem geen strobreed in de weg gelegd. En die chef kon tennissen. En niet een beetje ook. Hij liet de melkfabriek-directeur alle hoeken van de baan zien. Het viel de sherry nippende dames op het terras van de club ook op. Niet dat zij konden tennissen, ja sherry drinken konden ze. En pronken met de status en het geld van hun partners.
Na een tijdje bleek dat het kroost van die fabrieksdirecteuren, notarissen, artsen en rectors een tennisleraar nodig hadden. Die was niet zomaar gevonden in het dorp. Dus, nadat de chef weer eens met grote overmacht z’n directeur eruit gespeeld had, mocht hij toch opnieuw een gesprekje met meneer de voorzitter hebben. De aardappel werd weer van stal gehaald. ‘Zeg kaehrel, Ik zie dat u een zeer goed balletje mept, maer dat u nog geen lid bent van onze uitstekende club” De chef bracht nog even de voorgeschiedenis in herinnering. Maar nu mocht de chef ineens wel lid worden van “die uitstekende club’. Op voorwaarde dat Floris-Jan, Godhard, Anne-Marie en Fleur tennisles van hem kregen. Voor niks, dat dan weer wel.

EINDE

Voor meer gratis verhalen, gedichten en columns, meld je aan op mijn FB-pagina:

https://www.facebook.com/groups/377554749281077/