Doopceel van een oude Utregse constructeur

DOOPCEEL VAN EEN OUDE UTREGSE CONSTRUCTEUR
Geschreven door Theo Pel

Ruim een halve eeuw geleden stonden wij in de Hendrik de Keizerstraat op de tekenkamer van “Davit Company” te krassen, zoals wij tekenen destijds noemden.
Er werden Davit-installaties geconstrueerd voor het uitzetten van reddingboten op zee. Het bedrijf was een afsplitsing van “Schat Davit”, dat voor de oorlog was opgericht door AP Schat de uitvinder van o.a. de glijspanten ter bescherming van de reddingboten, en de patenthouder van de uitzetinrichting middels zwaartekracht.
Het kantoor, dat gevestigd was in een woonhuis en ook het karakter daarvan had, stond in tegenstelling tot het niveau van de werknemers, die goed opgeleid en zeer ervaren waren. Regelmatig werden we muzikaal verrast door de “Veermannen”, die op de hoek van de straat hun liedjes bliezen. Daarnaast was er ook het orgel dat al heel modern voor die tijd was en werd aangedreven door een dieselmotortje en getrokken door een paard.
Op een goede dag kreeg men voor de deur malheur en dat werd ter plaatse getracht te repareren en dat bleek na enige tijd ook te lukken. De vrolijke noten werden toen weer hoorbaar en het orgel trok weer vrolijk verder, achterlatend een nog dampende paardenhoop incl. pis en afgewerkte olie van het motortje. Ach het woord milieu bestond alleen maar als kenmerk, goed of slecht, voor een familie immers.

In die tijd was ik vast al een “Jobhopper” hoewel het woord nog niet bestond. Ik kon meer verdienen en ging naar de afdeling ontwikkeling van Holvrika op de Leidseweg, waar overigens weinig was te ontwikkelen .
Schat Davit had eveneens een kantoor dat gevestigd was in Utrecht en wel op het Janskerkhof  boven een bank. Het was een bijkantoor van Schat Londen dat zich voornamelijk bezighield met kranen op olietankers om de slangen aan te koppelen. Vrij kort na indiensttreding bij Holvrika werd ik door de toenmalige chef tekenkamer van Schat Davit gebeld met het verzoek een afspraak met hem te maken, waar ik graag op inging. Terug naar de Davits, die ik na het behalen van mijn constructeursdiploma in een vierjarige vervolgavondstudie, zelf construeerde.
De mensen waar ik mee samenwerkte waren degene die Schat zelf nog hadden gekend en met hem hadden samengewerkt.

In 1964 ben ik naar Rotterdam vertrokken en in de Engineering wereld beland als constructeur, waarbij de opdrachten varieerden van onderdelen voor zowel burger- als gevechtsvliegtuigen, voor tanks en kanonnen en voor zowel oppervlakte- als onderwater marineschepen en waterbehandelingsinstallaties, machines voor de Linoleumindustrie en niet te vergeten voor kerncentrales.
Terugkijkend, inmiddels 77 jaar oud, en adviseur geweest tot mijn 75ste jaar, mis ik mijn vak nog steeds. Wel ben ik best makkelijk omgegaan met de principes, waar een ander de straat voor opgaat, gewapend met protestborden.
Als oud-medewerker van de KCB (oude benaming voor de Kerncentrale Borsele) ben en blijf ik, mits er goed mee wordt omgegaan, een voorstander van Kernenergie.
Zelf ben ik betrokken geweest met het dumpen van radioactief afval in zee, hetgeen desastreus was. Dat gebeurde zonder kennis van de gevolgen. Hiervan zijn de risico’s nog steeds aanwezig.
Al die windmolens verzieken mijns inziens de horizon. Deze nieuwe energievariant, die nog wel enige decennia ontwikkeling nodig zal hebben, wordt misschien wel de toekomstige energiewinning, maar die zal ik niet meer meemaken.

Eventuele reacties graag op: info@themiekpel.nl

EINDE

Voor meer gratis verhalen en columns, meld je aan op mijn FB-pagina:

https://www.facebook.com/groups/377554749281077/