Aflevering 1: Charlie

CHARLIE
Geschreven door Bert Plomp

Een andere sport, welke we vroeger heel fanatiek op de camping bedreven, was badminton. We hadden in het bos, vlak bij onze tenten, een eigen veldje aangelegd en daarop een echt net tussen een paar palen gespannen. Bij de aanleg van dit veldje hadden we eerst dagenlang geharkt om de grond zo egaal mogelijk te krijgen. Daarbij was het de anderen opgevallen dat jongste broer Charles heel veel plezier aan het harken beleefde.
Ieder jaar, als we aan het begin van het kampeerseizoen onze tenten weer hadden opgezet aan de Koekoekslaan in het Grote Bos, ging Charles aansluitend direct aan de slag met zijn hark. Je moest hem echt tegen zichzelf in bescherming nemen om te voorkomen dat hij een zomervakantie lang aan het harken was en aan het einde ervan het hele bos, groot 80 hectares, netjes had aangeharkt. Overigens zonder daarvoor enige vergoeding van de campingbaas tegemoet te mogen zien. Zodra de Koekoekslaan en wijde omgeving door Charles onder handen waren genomen, greep mijn moeder rücksichtslos in en sloot ze het tuingereedschap op achter slot en grendel. Soms inclusief de kleine harker zelf, die maar geen afstand kon doen van zijn werktuig. Mijn vader liet zo’n harde ingreep altijd over aan mijn moeder, want hijzelf was te zachtmoedig om zo ruw op te treden.
Charles bediende zich trouwens wel vaker van opmerkelijke acties. Hij was namelijk erg verrukt van het geluid van brekend glas en een zwak karakterplekje van hem was zijn ongeduld.
Menigmaal kwam Charles ‘s middags wat later thuis dan Theo en ik. Als hij dan thuis aanbelde, lieten wij hem net zo lang wachten tot hij ongeduldig werd en op de deur begon te rammen. Als je hem dan nog even liet betijen, hetgeen hem dus moeilijk afging, had je een goede kans dat hij spoedig daarna tegen de deur begon te trappen de ruit ervan sneuvelde.
Altijd leuk om mee te maken. Hij kon vreemd genoeg nooit zo sportief omgaan met zulke plagerijtjes.
Ook was broertje Charles één van de eersten in Utrecht die onderdak zocht in een commune.
In de buurt van het oude Centraal Station had zijn groep een statig pand als commune ingericht.
De brievenbus aan de voordeur van dit pand had Charles kunstzinnig gedecoreerd: hij had rond de gleuf van deze bus heel geraffineerd de contouren van een vagina geschilderd. Toch weerhield dit de postbode van dienst niet om de post dagelijks te bestellen op dit adres. Dit mooie stukje kunst ligt waarschijnlijk al heel lang begraven tussen het puin onder de funderingen van het lelijke Hoog Catharijne. Voor dat nieuwe winkelcentrum zijn eind zestiger jaren talloze fraaie oude statige panden in de omgeving van Utrecht CS met de grond gelijk gemaakt.

WORDT VERVOLGD

Voor meer gratis verhalen en columns, meld je aan op mijn FB-pagina:

https://www.facebook.com/groups/377554749281077/